Onregelmatige werkwoorden lijst 2
Zeg hardop de tegenwoordige tijd, het imperfectum en de perfectum, in de ‘hij vorm. Dus bij ‘eten’: hij eet, hij at, hij heeft gegeten.
Veeg dan over het woord om de achterkant te zien en zeg het nogmaals hardop.
let op:
- klikken = inzomen
- vegen = omdraaien
- lang klikken = verwijderen